• Spring naar de hoofdnavigatie
  • Door naar de hoofd inhoud
  • Spring naar de eerste sidebar
  • Spring naar de voettekst

Mediareport

Juridisch weblog voor de media

  • Home
  • Onderwerpen
    • Persrecht
    • Reclamerecht
    • Internetrecht
    • Mediaregulering
    • Entertainment
    • Intellectuele Eigendom
    • Auteursrecht
    • Kansspelen
    • Bestuursrecht
  • Informatie
    • Nieuwsbrief
  • Nederlands
    • English
Home » archief » Van verkrachting beschuldigd familielid krijgt geen rectificatie en excuses

Van verkrachting beschuldigd familielid krijgt geen rectificatie en excuses

10 juni 2015 door Emiel Jurjens

De voorzieningenrechter in Den Haag moest zich recent buigen over een opmerkelijke zaak, die zo uit “Het Familiediner” lijkt te komen. Eiser is er door de dochter van zijn broer (gedaagde 1) van beschuldigd dat hij haar op zevenjarige leeftijd zou hebben verkracht. De ouders van het meisje hebben het contact met hem verbroken en het verhaal aan verschillende dorpelingen verteld. Eiser vordert onder meer verzending van een rectificatiebrief aan “een ieder die [gedaagden] over de vermeende verkrachting van [dochter] benaderd en/of geinformeerd hebben” en excuses. De voorzieningenrechter wijst echter alle vorderingen af.

Dat is in elk geval niet verrassend met betrekking tot het vorderen van excuses. Het is vaste rechtspraak dat je via de rechter geen excuses kan afdwingen.

De voorzieningenrechter oordeelt dat gedaagden (vader en moeder van de dochter die stelt verkracht te zijn) niet aansprakelijk zijn jegens eiser. De voorzieningenrechter oordeelt in dit verband:

“Gedaagden hebben aangevoerd dat zij aan een aantal familieleden hebben meegedeeld dat zij geen contact meer willen met eiser, dat zij daarvoor als reden hebben gegeven dat [dochter] hun heeft verteld dat zij op zevenjarige leeftijd door eiser is verkracht, dat zij confrontaties met eiser, bijvoorbeeld op verjaardagen, wensen te voorkomen en voorts dat zij daarbij hebben meegedeeld dat eiser niet wenst mee te werken aan een onderzoek om de waarheid te achterhalen. Dat [dochter] aan eiser en gedaagden heeft verteld dat zij door eiser is verkracht en dat eiser niet heeft meegewerkt aan het door gedaagden voorgestelde onderzoek is tussen partijen niet in geschil, terwijl het gedaagden vrij staat ervoor te kiezen het contact met eiser te willen verbreken. Derhalve valt niet in te zien dat gedaagden zich, door hierover mededelingen te doen, schuldig hebben gemaakt aan het doen van onjuiste mededelingen aan derden, noch dat zij anderszins onrechtmatig jegens eiser hebben gehandeld.”

Daarbij acht de rechter het van belang dat “niet [is] gebleken dat gedaagden aan derden hebben verteld dat eiser hun dochter heeft verkracht, maar is slechts aannemelijk geworden dat gedaagden hebben verteld wat zij van hun dochter hebben gehoord”.

Eiser had nog gesteld dat het verhaal dat eiser de dochter heeft verkracht door toedoen van gedaagden de ronde doet in de kleine gemeenschap waar zij (kennelijk) allemaal wonen. De voorzieningenrechter oordeelt echter dat dit niet zonder meer te wijten is aan gedaagden: dat is namelijk “mogelijk mede het gevolg van de omstandigheid dat partijen samenleven in een hechte dorpsgemeenschap, waar men elkaar kent en verhalen aan elkaar doorvertelt”. 

De rechter concludeert dat gedaagden zich niet schuldig hebben gemaakt aan “het doen van onjuiste mededelingen aan derden” en dat zij ook anderszins niet onrechtmatig jegens eiser hebben gehandeld.

De vorderingen van eiser worden dan ook integraal afgewezen.

Daaronder valt ook de vordering tot rectificatie. Natuurlijk is een interessante vraag of (zoals de voorzieningenrechter terloops opmerkt) het vertellen van de beschuldigingen van derden aan verschillende dorpelingen kwalificeert als een “onjuiste publicatie van gegevens van feitelijke aard”, op grond waarvan ex artikel 6:167 BW een veroordeling tot het openbaar maken van een rectificatie kan worden uitgesproken. De vraag is immers of een aan een specifieke persoon gerichte mededeling een “publicatie” is in de zin van artikel 6:167 BW. Helaas laat de rechter zich hier niet over uit.

 

TwitterFacebookLinkedInWhatsAppMessengerEmail

Onderwerp: Persrecht Tags: definitie publicatie, excuses vorderen, rectificatie, vrijheid van meningsuiting

Primaire Sidebar

Zoek

Geschreven door

Emiel Jurjens

Tel: +31 20 5506 677
E-mail: emiel.jurjens@kvdl.com
Bekijk profiel

Lees alle artikelen van deze auteur

Inschrijven nieuwsbrief

Meld je nu aan voor de Media Report Nieuwsbrief!

Abonneer

Onderwerpen

  • Persrecht
  • Reclamerecht
  • Internetrecht
  • Mediaregulering
  • Entertainment
  • Intellectuele Eigendom
  • Auteursrecht
  • Kansspelen
  • Bestuursrecht

Footer

Inschrijven nieuwsbrief

Meld je nu aan voor de Media Report Nieuwsbrief!

Abonneer

Copyright © 2023 Media Report