
Op vrijdag 9 april jl. heeft de voorzieningenrechter van de Rechtbank Amsterdam een verbod opgelegd aan SBS om in een tbs-kliniek gemaakte video- en geluidsopnamen van Koos H. uit te zenden in het tv-programma van misdaadverslaggever Peter R. de Vries.
H. werd begin jaren tachtig veroordeeld voor verkrachting en moord van minstens drie meisjes. Een jeugdvriend van H. bezocht H. in de tbs-kliniek en maakte daarvan opnames met behulp van een verborgen camera. Deze opnames zijn in handen gekomen van Peter R. de Vries, die hieraan aandacht zou besteden in zijn tv-programma.
H. wilde SBS verbieden de opnames uit te zenden en sommeerde SBS de opnames niet openbaar te maken alsmede de opnames aan H. af te staan. In het daarop volgende door H. aangespannen kort geding woog de voorzieningenrechter het belang van SBS om misstanden aan de kaak te kunnen stellen en om nieuwsfeiten naar buiten te kunnen brengen af tegen het belang van H. om niet te lichtvaardig te worden blootgesteld aan negatieve publiciteit en om zijn gevangenisstraf op humane wijze te kunnen blijven ondergaan. In dat kader oordeelde de Voorzieningenrechter:
“Dat het SBS c.s. in beginsel is toegestaan de door haar verkregen informatie naar buiten te brengen, betekent echter niet dat SBS c.s. geen grenzen in acht dient te nemen, met het oog op de bescherming van de rechten van [eiser]. De manier waarop de informatie is verkregen is een omstandigheid die bij de beoordeling daarvan zal worden meegewogen. [eiser] heeft terecht gesteld dat hij op geen enkele wijze beducht hoefde te zijn dat in de beslotenheid van de kliniek gesprekken die hij op vertrouwelijke wijze dacht te voeren met een jeugdvriend, zouden worden opgenomen.
(…)
Tegen de achtergrond van het hanteren van de verborgen camera in de besloten kliniek, die tevens de woon- en behandelomgeving is van [eiser], waarin hij mocht verwachten tot op zekere hoogte in zijn privacy beschermd te zijn, is onder de geschetste omstandigheden een dergelijke aantasting van zijn persoonlijke levenssfeer niet gerechtvaardigd. Voldoende aannemelijk is dat uitzending van de opnamen een negatieve invloed kan hebben op de wijze van tenuitvoerlegging van zijn straf, de mogelijke behandeling van zijn psychische problemen en de bejegening door medegedetineerden. Voor zover hij herkenbaar in beeld komt vormt uitzending van de beelden tevens een schending van het portretrecht van H. Op grond van het voorgaande heeft H. een redelijk belang heeft om zich daartegen te verzetten.”
Het belang van H. weegt hier volgens de voorzieningenrechter dus zwaarder dan het belang van SBS. De voorzieningenrechter verbood SBS vervolgens zonder voorafgaande toestemming van Koos H. de beeld- en geluidsopnamen uit te zenden of op een andere wijze openbaar te maken, met daarbij een (gematigde) dwangsom van Eur. 15.000,– voor iedere overtreding van dit verbod.
In strijd met het uitzendverbod heeft Peter R. de Vries de beelden afgelopen zondag toch vertoond. SBS lijkt daarmee de opgelegde dwangsom van Eur. 15.000,- te hebben verbeurd. De vraag is daarom in hoeverre een dergelijke dwangsom in deze zaak een reëel pressiemiddel is. Met het oog op de te genereren reclame-inkomsten, publiciteit en het maatschappelijk belang dat SBS wil dienen is het goed voor te stellen dat een dergelijke dwangsom voor lief wordt genomen. Het overtreden van het vonnis is in dat geval een bedrijfsmatige keuze. Dat lijkt ook hier het geval te zijn. Villamedia meldt dat SBS de juridische consequenties accepteert.
Op grond van het voorgaande ligt het in de lijn der verwachting dat een eventuele nieuwe aan SBS/Peter R. de Vries op te leggen dwangsom voor soortgelijke (vervolg)uitzendingen een veelvoud zal bedragen van de dwangsom die nu door de voorzieningenrechter is opgelegd.
Overigens doet deze zaak denken aan de zaak die ‘het monster van Harkstede’, Willem van E., had aangespannen tegen uitgever Audax. Van E. werd kreeg wegens moord op verschillende vrouwen een levenslange gevangenisstraf opgelegd. Hij kwam in 2006 in opspraak omdat hij na zijn 65ste een AOW uitkering van € 886 per maand ontving in de gevangenis. In deze zaak kwam de vraag aan de orde of het monster van Harkstede in zijn eer een goede naam was aangetast door een publicatie in het tijdschrijft ‘Aktueel Sportief’ van Audax. Het belang van Van E. bij eerbiediging van zijn persoonlijke levensfeer werd door de rechtbank afgewogen tegenover de uitingsvrijheid van Audax. Klik hier voor een uitgebreide bespreking en de vindplaats van dit vonnis op Media Report.
Update 13 april
Inmiddels hebben de advocaten van Koos H. laten weten opnieuw naar de rechter te stappen om een hogere dwangsom te vorderen bij overtreding van het uitzendverbod.