Hoewel verslaggever Peter R. de Vries het betreden van de privésfeer van anderen doorgaans niet schuwt, is hij dit keer zelf degene die -samen met zijn vrouw- een kort geding is gestart om een publicatie over zijn privé-leven tegen te gaan. En met succes, want de voorzieningenrechter van de rechtbank Amsterdam is het met hem en zijn vrouw eens.
Wat was er gebeurd? In januari jl. is er op de Privé-pagina van de website van de Telegraaf (weekblad Privé wordt uitgegeven door het moederbedrijf van de Telegraaf) een column verschenen, waarin onder meer de volgende passage te lezen was:
“(…) Je hoeft maar even te googelen of je ziet zijn naakte echtgenote in alles etalerende standjes op internet, waar ze zegt voor alles ‘in’ te zijn en zij tegelijk suggereert minstens tien jaar jonger te zijn. Een mens zijn lust is een mens zijn leven. Zelf voost de crimefighter met een redactrice van RTL’s showbizzprogramma, met wie hij de hele wereld over reist (…)“.
De Vries en zijn vrouw menen dat de column onrechtmatig is omdat de beweringen die erin worden gedaan ‘onjuist, suggestief en louter grievend’ zijn. Daarnaast stellen zij dat de uitlatingen een onaanvaardbare inbreuk op hun persoonlijke levenssfeer opleveren. De Telegraaf verweert zich met de stelling dat het niet vreemd is dat over het open huwelijk van De Vries en zijn vrouw wordt geschreven, omdat het echtpaar daarover zelf regelmatig over naar buiten treedt. Verder zouden de informatie en de naaktfoto’s volgens Privé met medewerking van de vrouw zelf op internet zijn gezet in een contactadvertentie. Bovendien zijn De Vries en zijn vrouw bekende figuren, die in dit kader meer dienen te tolereren.
De rechtbank weegt vervolgens de wederzijdse belangen van partijen af. De Telegraaf heeft volgens de rechtbank zowel een commercieel belang als een belang zich in het openbaar kritisch, informerend, opiniërend en waarschuwend te kunnen uitlaten over onderwerpen die voor haar lezers interessant zijn. Het belang van De Vries en zijn vrouw is erin gelegen dat zij niet lichtvaardig worden blootgesteld aan een inbreuk op hun persoonlijke levenssfeer door voor hun ongewenste publiciteit over hun privéleven die hun goede naam aantast. Om te zien welk van deze -in beginsel gelijkwaardige belangen hier zwaarder weegt, moet zoals gebruikelijk worden gekeken naar alle omstandigheden van het geval. Eén van die omstandigheden is er volgens de rechtbank in gelegen in hoeverre de Telegraaf de uitaltingen in de column met feitenmateriaal kunnen staven. Ook kan van belang zijn in hoeverre degene over wie wordt gepubliceerd een publiek figuur is, en op welk terrein die persoon zelf de publiciteit zoekt. Tot slot kan het karakter van de publicatie volgens de rechter een rol spelen; zo worden aan een column andere eisen gesteld dan aan onderzoeksjournalistiek.
Vervolgens komt de rechtbank tot de conclusie dat er in deze zaak geen misstand aan de kaak wordt gesteld en er geen publiek debat wordt gevoerd over een belangrijke kwestie. Het artikel is uitsluitend bedoeld om uit commercieel belang over het privéleven van de Vries en zijn vrouw te informeren. Daarentegen kan De Vries worden aangemerkt als publiek figuur, die daardoor meer moet tolereren ten aanzien van wat over hem geschreven wordt, dan niet-publieke personen. Dat betekent volgens de Rechtbank echter niet dat hij alles hoeft te dulden; zeker niet nu het hier gaat om iets in de strikte privésfeer, waarover De Vries zelf zeer terughoudend naar buiten treedt. Verder stelt de rechtbank vast dat de vrouw van De Vries zelf op geen enkele wijze de publiciteit zoekt. In dat kader overweegt de rechtbank: “Het enkele feit dat iemand een relatie heeft of gehuwd is met een persoon die publiciteit niet schuwt maakt die persoon zelf niet tot een publiek persoon, hoezeer wellicht ook (een deel van) het publiek nieuwsgierig zal zijn naar die partner.”
Daarna gaat de rechtbank meer specifiek in op de zinsnede “Je hoeft maar even te googelen of je ziet zijn naakte echtgenote in alles etalerende standjes op internet, waar ze zegt voor alles ‘in’ te zijn en zij tegelijk suggereert minstens tien jaar jonger te zijn.”. Daarover zegt de voorzieningenrechter dat een dergelijke feitelijk mededeling, ook al wordt deze gedaan in een column, op zijn waarheidsgehalte moet worden beoordeeld. De Telegraaf heeft zich onvoldoende vergewist van de juistheid van de contactadvertentie, die volgens De Vries en zijn vrouw nep was.
De rechtbank stelt De Vries en zijn vrouw in het gelijk. Het artikel moet worden gerectificeerd, op straffe van een dwangsom. Ook moet de Telegraaf voorschotten op schadevergoeding aan De Vries (Eur. 2.500,–; lager dan zijn vrouw omdat hij een publiek figuur is) en zijn vrouw (Eur. 5.000,–) betalen.
De voorzieningenrechter vindt dus dat het enkele hebben van een relatie met een publiek persoon, die persoon niet automatisch zelf ook tot een publiek persoon maakt. Zelfs al wil het publiek van alles weten over deze persoon. Er kan overigens wel sprake zijn van omstandigheden die dit anders ligt. Bijvoorbeeld als die partner wel zelf de publiciteit opzoekt, of als het gaat om een kwestie van algemeen belang. Zie met betrekking tot dat laatste de 7-päviää uitspraak van het EHRM, die hier op MediaReport is besproken.
Ook moet dus in het oog worden gehouden dat een column geen vrijbrief is voor het doen van onjuiste mededelingen. Als er in die column uitlatingen worden gedaan die als feiten worden gepresenteerd, dan zullen ook die uitlatingen moeten kunnen worden onderbouwd.