Kwam Pretium in een geschil met Kassa nog als winnaar uit de bus, nu trekt het telecombedrijf aan het kortste eind. Pretium mag de naam van toezichthouder OPTA niet meer gebruiken in verkooptelefoontjes, zo bepaalde de rechtbank Haarlem afgelopen donderdag.
OPTA stapte naar de rechter omdat Pretium de naam en reputatie van de toezichthouder zou misbruiken bij pogingen om klanten te werven. Volgens OPTA wekten callcentermedewerkers bij de werving van klanten de indruk dat het telecombedrijf met goedkeuring of in opdracht van de toezichthouder belt.
Naar aanleiding van een tv-uitzending van TROS Radar van 29 september 2008 had OPTA Pretium op 2 oktober 2008 gesommeerd te stoppen met het gebruik van de naam van de toezichthouder. In een uitzending van het VARA-programma Kassa van 4 april jl. waren echter opnieuw gesprekken te horen van een callcentermedewerker die een klant misleidt door te doen alsof OPTA toestemming had verleend aan Pretium om telefoontarieven te verlagen.
Omdat OPTA van mening is dat de consument moet weten dat zij geen bemoeienis heeft met de verkooppraktijken van Pretium, startte zij dit kort geding. OPTA kreeg grotendeels gelijk van de rechter, maar de eis tot rectificatie in de landelijke dagbladen werd niet gehonoreerd.