De nieuwe Wet Auteurscontractenrecht is per 1 juli 2015 in werking getreden. (Zie ook MR 2015-043) Deze nieuwe wet heeft gevolgen voor alle bedrijven die overeenkomsten sluiten met makers van auteursrechtelijk beschermde werken met als doel deze werken voor het publiek te gaan exploiteren.
Het team Media en IE van Kennedy Van der Laan biedt u een Contract Check aan voor zowel bestaande als nieuwe contracten en algemene voorwaarden zodat u zeker weet dat uw contracten en voorwaarden toekomstbestendig zijn.
Wet Auteurscontractenrecht
De nieuwe wet voegt een nieuw hoofdstuk aan de auteurswet toe; hoofdstuk IA “de exploitatieovereenkomst”. Daarnaast worden artikelen 2 en 45d (filmwerken) auteurswet en 2b, 4 en 9 van de Wet op de naburige rechten gewijzigd.
De wet heeft tot doel de contractuele positie van de auteurs en uitvoerend kunstenaars (de natuurlijke makers) ten opzichte van de exploitanten van hun werken te verstevigen.
Van toepassing op nieuwe en (deels) op bestaande exploitatieovereenkomsten
De nieuwe bepalingen zijn van toepassing op alle overeenkomsten waarbij een natuurlijke maker contractpartij is en de overeenkomst de exploitatie van zijn werk tot hoofddoel heeft. Denk hierbij aan een (exclusieve) licentie of een overdracht van een auteursrechtelijk beschermd werk.
Als de overeenkomst niet de exploitatie tot hoofddoel heeft maar wel een (geheel/gedeeltelijke) overdracht of exclusieve licentie betreft kan de maker toch een beroep doen op de mogelijkheid in de nieuwe wet onrechtmatig bezwarende bedingen te vernietigen zoals bedingen die voor een onredelijk lange of onvoldoende bepaalde termijn aanspraak geven op de exploitatie van toekomstige werken van de maker.
De nieuwe regels gelden voor exploitatieovereenkomsten die gesloten zijn op of na 1 juli 2015. Daarnaast geldt een aantal bepalingen met terugwerkende kracht voor bestaande exploitatieovereenkomsten die gesloten zijn voor 1 juli 2015.
Komt u hiermee in aanraking?
Wanneer u een exploitatieovereenkomst sluit met een maker van een auteursrechtelijk beschermd werk, met als doel het werk tegen betaling beschikbaar te maken voor een publiek, zult u zeer waarschijnlijk met deze nieuwe wetgeving te maken krijgen. Bent u een omroep, uitgever, (film)producent, platenmaatschappij of distribiteur die een auteursrechtelijk beschermd werk exploiteert dan is het nuttig uw bestaande en nieuw af te sluiten contracten en voorwaarden eens tegen het licht te houden.
Wat verandert er?
De belangrijkste veranderingen op een rijtje:
– Aktevereiste exclusieve licentie
De voorwaarden voor het verlenen van een exclusieve licentie zijn gelijkgesteld aan de voorwaarden die al golden voor de overdracht van een werk. Dit houdt in dat voor het verlenen van een exclusieve licentie nu een onderhandse akte (een schriftelijk stuk ondertekend door partijen) vereist is.
– Maker krijgt recht op een billijke vergoeding
De maker krijgt een expliciet recht op een in de exploitatieovereenkomst te bepalen “billijke vergoeding” voor het verlenen van de exploitatiebevoegdheid van zijn werk en onder omstandigheden ook een recht op een aanvullende billijke vergoeding.
– Bestsellerbepaling
Als zijn vergoeding ernstig onevenredig is in verhouding tot de opbrengst van de exploitatie van het werk kan de maker een aanvullende billijke vergoeding eisen. Onder bepaalde omstandigheden is dit zelfs inroepbaar jegens derden.
– Non-usus bepaling
De maker kan de overeenkomst ontbinden als de exploitant zijn werk in onvoldoende mate exploiteert. Deze bepaling geldt ook voor bestaande overeenkomsten.
– Onredelijk bezwarende bedingen vernietigbaar
De maker kan een beding waarin voor een onredelijk lange of onvoldoende bepaalde termijn opties bedongen worden ten aanzien van de exploitatie van toekomstige werken en andere onredelijk bezwarende bedingen vernietigen.
– Geschillencommissie
De nieuwe wet voorziet in het instellen van een geschillencommissie voor de beslechting van geschillen tussen een maker en zijn wederpartij en eventueel derden.
– Filmwerken
Daarnaast is de regeling voor filmwerken gedeeltelijk herzien. Het wettelijk vermoeden van overdracht is ongewijzigd. Dit vermoeden geldt niet ten aanzien van de componist van filmmuziek en degene die de bij de muziek behorende tekst heeft gemaakt.
De producent is aan de makers of hun rechtverkrijgenden een billijke vergoeding verschuldigd voor de exploitatie van het filmwerk ongeacht de wijze van overdracht. (Via art. 45d of andersluidende afspraken). Een ieder die het filmwerk uitzendt of doet uitzenden is aan de hoofdregisseur en scenarioschrijver een proportionele billijke vergoeding verschuldigd. Wanneer zij hun rechten hebben overgedragen aan de producent is de producent gehouden deze vergoeding aan de hoofdregisseur en scenarioschrijver te betalen.
Het gaat om dwingend recht. Er kan dus niet contractueel van worden afgeweken.
Contract Check:
Zijn uw contracten al conform het nieuwe auteurscontractenrecht?
Wij beoordelen gratis of uw contract en/of algemene voorwaarden aanpassingen behoeven. Mocht dat het geval zijn dan laten wij u dit weten en kunnen wij tegen een af te spreken fixed fee uw contract aanpassen.
Heeft u interesse, neem dan contact op met Fabienne Dohmen via email: fabienne.dohmen@kvdl.nl of telefonisch via telefoonnummer +31 (0)20 5506 630 voor meer informatie en het maken van een afspraak voor de Contract Check.